weglegde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: weglegde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- weg·leg·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegleggen |
weglegde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van wegleggen
- ... dat ik weglegde.
- ... dat jij weglegde.
- ... dat hij, zij, het weglegde.
- ... dat ik weglegde.
Gangbaarheid
- Het woord weglegde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.