wiedkieke

Limburgs

Uitspraak
  • IPA: /wiːdkiːkɐ/ (Etsbergs)
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wiedkieke
keek wied
wiedgekeke
klasse 1 volledig

Werkwoord

wiedkieke

  1. televisiekijken
  2. iets zien dat zich verweg afspeelt.
  3. door een verrekijker kijken.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.