wischen
Duits
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wischen |
wischte |
gewischt |
zwak | volledig | onscheidbaar |
Werkwoord
wischen
- overgankelijk doezelen; een stof door middel van een doezelaar dun uitwrijven
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.