wischen

Duits

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wischen
wischte
gewischt
zwak volledig onscheidbaar

Werkwoord

wischen

  1. overgankelijk doezelen; een stof door middel van een doezelaar dun uitwrijven
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.