woonbuurtje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  woonbuurtje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwonbyrcə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • woon·buurt·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hetwoonbuurtjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord woonbuurt

Gangbaarheid

  • Het woord woonbuurtje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.