zabberdoekje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zabberdoekje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zab·ber·doek·je

Zelfstandig naamwoord

hetzabberdoekjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zabberdoek
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.