zadelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zadelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- za·del·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zadelen |
zadelde
- enkelvoud verleden tijd van zadelen
- Ik zadelde.
- Jij zadelde.
- Hij, zij, het zadelde.
- Ik zadelde.
Gangbaarheid
- Het woord zadelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.