zegende af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zegende af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ze·gen·de af

Werkwoord

vervoeging van
afzegenen

zegende af

  1. enkelvoud verleden tijd van afzegenen
    • Ik zegende af. 
    • Jij zegende af. 
    • Hij, zij, het zegende af. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.