zweefde af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zweefde af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zweef·de af

Werkwoord

vervoeging van
afzweven

zweefde af

  1. enkelvoud verleden tijd van afzweven
    • Ik zweefde af. 
    • Jij zweefde af. 
    • Hij, zij, het zweefde af. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.