zweemde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zweemde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zweem·de

Werkwoord

vervoeging van
zwemen

zweemde

  1. enkelvoud verleden tijd van zwemen
    • Ik zweemde. 
    • Jij zweemde. 
    • Hij, zij, het zweemde. 

Gangbaarheid

  • Het woord zweemde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.