anglicaans

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  anglicaans    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • an·gli·caans
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen anglicaansanglicaanseranglicaanst
verbogen anglicaanseanglicaansereanglicaanste
partitief anglicaansanglicaansers-

Bijvoeglijk naamwoord

anglicaans

  1. behorend bij de Engelse (anglicaanse) staatskerk

Gangbaarheid

  • Het woord anglicaans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be