beroepencode

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beroepencode    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·roe·pen·co·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beroepencode beroepencodes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deberoepencodem

  1. (informatica) code toegekend aan een beroep, functie, werkzaamheid, ambacht etc.

Gangbaarheid

  • Het woord 'beroepencode' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.