bosskinken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bosskinken    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bos·skin·ken
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosskinken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debosskinkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bosskink
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een geslacht Sphenomorphus  van hagedissen uit de familie skinken
Hyperoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bosskinken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie