cis-
Nederlands
| Huidig bestand |
|---|
| 7 |
Uitspraak
- Geluid: cis- (hulp, bestand)
- IPA: / sɪs / (1 lettergreep)
Woordherkomst en -opbouw
cis-
- voorvoegsel met de betekenis ‘aan deze zijde van’
- cisalpijns betekent "aan deze kant van de Alpen"
- (seksualiteit) geboren met de lichamelijke kenmerken van de eigen sekse
- Een cisman kan zowel hetero als homo zijn.
Afgeleide begrippen
- cisalpino, cisgenese, cisiojaan, cisman, cisplatina, cisplatine, cistron, cisvrouw
Gangbaarheid
- Het woord 'cis-' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.