computervaardigheid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: computervaardigheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- com·pu·ter·vaar·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van computer zn en vaardigheid zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | computervaardigheid | computervaardigheden |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de computervaardigheid v
- (informatica) het goed overweg kunnen met computers
Gangbaarheid
- Het woord computervaardigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.