Nederlands
Uitspraak
- Geluid: denkwerk (hulp, bestand)
Zelfstandig naamwoord
het denkwerk o
- tijd en moeite besteed aan bijvoorbeeld het oplossen van problemen of het voorbereiden van een plan
- Dat vereiste veel denkwerk.
- ▸ 'Het is werkelijk een perfect idee om een paar weken bij ons te komen wonen!' Hierna gaf hij zijn vrouw een vette knipoog. 'Sterk denkwerk, Tal.' Chantal glimlachte breeduit.[1]
Gangbaarheid
- Het woord denkwerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 98 % | van de Vlamingen.[2] |