epsilon

Niet te verwarren met: ypsilon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  epsilon    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ep·si·lon
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Grieks [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord epsilon epsilons
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deepsilonv/m

  1. ε, vijfde letter uit het Griekse alfabet
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord epsilon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen