takwerk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: takwerk (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tak·werk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tak zn en werk zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | takwerk | takwerken |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het takwerk o
- de verzameling takken van een boom
Gangbaarheid
- Het woord 'takwerk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "takwerk" herkend door:
| 34 % | van de Nederlanders; |
| 57 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be