toornslangachtigen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  toornslangachtigen    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • toorn·slang·ach·ti·gen
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling van  toorn  en  slangachtigen zn 
  •  toornslangachtige zn  met de uitgang -n
enkelvoud meervoud
naamwoord toornslangachtigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detoornslangachtigenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord toornslangachtige
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een familie Colubridae  van slangen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'toornslangachtigen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie