vergist
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vergist (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·gist
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| vergissen |
vergist
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich vergissen
- Jij vergist je.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich vergissen
- Hij vergist zich.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zich vergissen
- Vergist je!
| vervoeging van: | vergissen… |
| verbogen vorm: | vergiste |
vergist
- voltooid deelwoord van zich vergissen
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| vergisten |
vergist
| vervoeging van: | vergisten… |
| verbogen vorm: | vergiste |
vergist
- voltooid deelwoord van vergisten
Gangbaarheid
- Het woord vergist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.