woordkeuze
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: woordkeuze (hulp, bestand)
Woordafbreking
- woord·keu·ze
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van woord en keuze
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | woordkeuze | woordkeuzen woordkeuzes |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de woordkeuze v / m
- keuze van de woorden in een bepaald verband
- - Met register, in de taalkunde, wordt aan een bepaalde situatie gebonden taalgebruik bedoeld, zowel wat betreft woordkeuze als zinsbouw.
- - Meisjes aanspreken met dames, en bejaarde vrouwen aanspreken met meisjes is spelen met de woordkeuze.
Gangbaarheid
- Het woord woordkeuze staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "woordkeuze" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be