45-jarig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  45-jarig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvɛifənˌfertəxˌjarəx/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • 45-ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstellende afleiding van 45 en  jaar zn  met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen 45-jarig
verbogen 45-jarige
partitief 45-jarigs

Bijvoeglijk naamwoord

45-jarig

  1. 45 jaren durend
    • Het 45-jarig bestaan werd niet gevierd. 
  2. met de leeftijd van 45 jaar
    • Bij de brand viel helaas een 45-jarig slachtoffer. 
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 45-jarig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.