Noordpoolreizigers

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Noordpoolreizigers    (hulp, bestand)
  • IPA: /nortˈpolrɛizəɣərs/ (5 lettergrepen)
Woordafbreking
  • Noord·pool·rei·zi·gers
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

deNoordpoolreizigersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord Noordpoolreiziger
     De ziekte van Alain Hubert heeft het duo Noordpoolreizigers Hubert-Dansercoer donderdag gedwongen om een dag rust te nemen.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'Noordpoolreizigers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Gearchiveerde versie “Ziekte Hubert dwingt Noordpoolreizigers een dag rust te nemen” (12 april 2002) op gva.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.