Spaansch
Nederlands
Bijvoeglijk naamwoord
Spaansch
- verouderde spelling of vorm van Spaans tot 1946/47
- ▸ ⧖ Spaansch militair vliegtuig neergestort - 2 Dooden.
Parijs, 12. Aug. (N. T. A.) Volgens bericht van "Information" uit Casablanca is in het Rifgebied een Spaansch militair vliegtuig neergestort. De inzittenden, een Spaansch luitenant en een sergeant werden gedood.[1]
- ▸ ⧖ Spaansch militair vliegtuig neergestort - 2 Dooden.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De Tijd: godsdienstig-staatkundig dagblad”, Jaargang 84, nummer 25080, eerste blad (13 augustus 1929), Uitgever: Gebr. Verhoeven, 's-Hertogenbosch
Zelfstandig naamwoord
Spaansch
- verouderde spelling of vorm van Spaans tot 1946/47
- ⧖ Uit het Spaansch vertaald door ...
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.