aandoet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aandoet    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈandut/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·doet

Werkwoord

vervoeging van
aandoen

aandoet

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandoen
    • ... dat jij aandoet. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandoen
    • ... dat hij aandoet. 
     ‘Ik ben zo bang dat jij jezelf iets aandoet,’ ging Denise verder.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord aandoet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.