aanporden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanporden    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈampɔrdə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·por·den

Werkwoord

vervoeging van
aanporren

aanporden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanporren
    • ...dat wij aanporden. 
    • ...dat jullie aanporden. 
    • ...dat zij aanporden. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanporden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.