aanvlam
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanvlam (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aan·vlam
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanvlammen |
aanvlam
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvlammen
- ... dat ik aanvlam.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanvlam' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.