aanvlammen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanvlammen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aan·vlam·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

aanvlammen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanvlammen
vlamde aan
aangevlamd
zwak -d volledig
  1. in brand geraken van een brandbare stof
  2. (figuurlijk) (psychologie) heftiger worden van een emotie

Gangbaarheid

  • Het woord 'aanvlammen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.