aanwaai

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanwaai    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaɱwaj/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·waai

Werkwoord

vervoeging van
aanwaaien

aanwaai

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanwaaien
    • ... dat ik aanwaai. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanwaai staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.