aanzegde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanzegde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aan·zeg·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanzeggen |
aanzegde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanzeggen
- ... dat ik aanzegde.
- ... dat jij aanzegde.
- ... dat hij, zij, het aanzegde.
- ... dat ik aanzegde.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord aanzegde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.