aanzienlijkste

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanzienlijkste    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aan·zien·lijk·ste

Bijvoeglijk naamwoord

aanzienlijkste

  1. verbogen vorm van de overtreffende trap van aanzienlijk
     Hij zou zich door een huwelijk kunnen verbinden met een van de aanzienlijkste en rijkste families in het land.[1]
     Na hen kwamen de prinsen en de aanzienlijkste van hen was de hertog van Orléans, die bij het volk al bekendstond als hun vriend.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord aanzienlijkste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Victoria Holt
    “In de schaduw van de troon” (1978), Saga, ISBN 9788726484885
  2. Victoria Holt
    “Bekentenissen van een koningin” (1968), Saga, ISBN 9788726484847
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.