aardappelschillen

Uitspraak

• Geluid:  aardappelschillen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• aard·ap·pel·schil·len

Zelfstandig naamwoord

de aardappelschillen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aardappelschil

   ▸ Maar toen ze zich had voorgesteld dat ze het in de vuilnisbak gooide, op de aardappelschillen, het vettige verpakkingsmateriaal en de proppen keukenpapier, had ze - misschien vanwege dat Voor Birdie- haar vingers stijf om de rug van het boek geklemd.^[1]

Gangbaarheid

• Het woord aardappelschillen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen