affikt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  affikt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·fikt

Werkwoord

vervoeging van
affikken

affikt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affikken
    • ... dat jij affikt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affikken
    • ... dat hij affikt. 

Gangbaarheid

  • Het woord affikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.