affirmeert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  affirmeert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·fir·meert

Werkwoord

vervoeging van
affirmeren

affirmeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affirmeren
    • Jij affirmeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van affirmeren
    • Hij affirmeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van affirmeren
    • Affirmeert! 

Gangbaarheid

  • Het woord affirmeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.