afklemde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afklemde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·klem·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afklemmen |
afklemde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afklemmen
- ... dat ik afklemde.
- ... dat jij afklemde.
- ... dat hij, zij, het afklemde.
- ... dat ik afklemde.
Gangbaarheid
- Het woord afklemde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.