afspraken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afspraken (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·spra·ken
Zelfstandig naamwoord
de afspraken mv
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afspreken |
afspraken
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van afspreken
- ...dat wij afspraken.
- ...dat jullie afspraken.
- ...dat zij afspraken.
- ...dat wij afspraken.
Gangbaarheid
- Het woord afspraken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.