afvuurde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afvuurde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·vuur·de

Werkwoord

vervoeging van
afvuren

afvuurde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afvuren
    • ... dat ik afvuurde. 
    • ... dat jij afvuurde. 
    • ... dat hij, zij, het afvuurde. 
     Er werd gemeld dat een van de leden van de wacht een schot afvuurde, toen Simier haar naar haar boot begeleidde.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord afvuurde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Victoria Holt
    “In de schaduw van de troon” (1978), Saga, ISBN 9788726484885
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.