afweekje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afweekje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·week·je
Zelfstandig naamwoord
het afweekje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord afweek
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.