afwist

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afwist    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·wist

Werkwoord

vervoeging van
afweten

afwist

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afweten
    • ... dat ik afwist. 
    • ... dat jij afwist. 
    • ... dat hij, zij, het afwist. 

Werkwoord

vervoeging van
afwissen

afwist

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwissen
    • ... dat jij afwist. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwissen
    • ... dat hij afwist. 

Gangbaarheid

  • Het woord afwist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.