afwissen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afwissen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·wis·sen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en wissen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afwissen |
wiste af |
afgewist |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
afwissen
- overgankelijk met een vegende beweging verwijderen of schoonmaken
- Hij wiste de gevallen bloemblaadjes van de tafel af.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord afwissen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afwissen" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.