afzond
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afzond (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·zond
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afzenden |
afzond
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afzenden
- ... dat ik afzond.
- ... dat jij afzond.
- ... dat hij, zij, het afzond.
- ... dat ik afzond.
Gangbaarheid
- Het woord afzond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.