aggregeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aggregeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ag·gre·geer·de

Werkwoord

vervoeging van
aggregeren

aggregeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van aggregeren
    • Ik aggregeerde. 
    • Jij aggregeerde. 
    • Hij, zij, het aggregeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord aggregeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.