amenaçar

Catalaans

stamtijd
tegenw.
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
amenaço amenaçava amenaçat
1e vervoeging volledig

Werkwoord

amenaçar

  1. bedreigen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.