anbuds

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • anĀ·buds
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

anbuds

  1. nominatief onbepaald onzijdig enkelvoud van anbud

anbuds

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van anbud

Zweeds

Zelfstandig naamwoord

anbuds

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van anbud

Zelfstandig naamwoord

anbuds

  1. genitief onbepaald onzijdig meervoud van anbud
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.