anekdotisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  anekdotisch    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • anek·do·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen anekdotischanekdotischer
verbogen anekdotischeanekdotischere
partitief anekdotischanekdotischers-

Bijvoeglijk naamwoord

anekdotisch [1]

  1. berustend op anekdotes
     Het moet niet te anekdotisch zijn.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord anekdotisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.