anochecer

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • a·no·che·cer
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
anochecer
anochecía
anochecido
volledig

Werkwoord

anochecer

  • onovergankelijk
  1. schemeren, donkeren
  2. donker worden
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.