asfalten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  asfalten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • as·fal·ten

Zelfstandig naamwoord

deasfaltenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord asfalt


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
asfaltar

asfalten

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van asfaltar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van asfaltar
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.