audioloogje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: audioloogje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- au·dio·loog·je
Zelfstandig naamwoord
het audioloogje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord audioloog
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.