autobouwertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  autobouwertje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • au·to·bou·wer·tje

Zelfstandig naamwoord

hetautobouwertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord autobouwer
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.