automecaniciens

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  automecaniciens    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑutomekaniˌʃɛ̃s/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • au·to·me·ca·ni·ciens
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

deautomecaniciensmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord automecanicien
     De Limburgse afdeling van Federauto, de federatie voor de autohandel en - reparatie, trekt aan de alarmbel. Volgens de vereniging zijn de automecaniciens die aan de Limburgse secundaire beroepsscholen afzwaaien, onvoldoende voorbereid op het beroepsleven.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord automecaniciens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Vorming automecaniciens is ontoereikend” (13 juli 2004) op standaard.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.