barbecuet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  barbecuet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bar·be·cuet

Werkwoord

vervoeging van
barbecueën

barbecuet

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van barbecueën
    • Jij barbecuet. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van barbecueën
    • Hij barbecuet. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van barbecueën
    • Barbecuet! 

Gangbaarheid

  • Het woord barbecuet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.